dinsdag 3 juni 2014

Armoede in Limburg



“Geen cent te makken”…
Schuld, schaamte, vooroordelen, uitsluiting en ongelijkheid.
27 – 05 – 2014 

Op dinsdag 27 mei zijn Amanda, Patricia, Rosanne en Jessi naar een gastcollege gegaan in de faculteit van de kunstacademie in Maastricht. Dit college werd gegeven door een bekende docent aan de unie en filosoof Rene Gabriëls. Tijdens drama kreeg de projectgroep de tip van Matthias Deleu dat de 2e  jaars een project hebben rondom dezelfde doelgroep als de projectgroep en er eventueel mogelijkheid was om aan te sluiten bij dit gastcollege.

Hieronder volgt een beknopte samenvatting van de aangeboden informatie door meneer Gabriels:
 
Tijdens het college vertelde meneer Gabriels dat hij enige jaren onderzoek gedaan heeft naar voedselbanken in Nederland, en daarbij ook het begrip armoede in Nederland.

De morele verontwaardiging rondom armoede is maar van korte duur. In 2002 is de allereerste voedselbank geopend in Nederland, en dit zorgde voor een bijzonder grote golf van verontwaardiging in Nederland. In een rijk land als Nederland was er toch geen Voedselbank nodig? Ondertussen zijn er honderden Voedselbanken en is dit begrip zelfs normaal geworden.

Volgens filosoof Avishai Margalit kenmerkt een fatsoenlijke samenleving zich door instituties die mensen niet onnodig kwetsen. Wanneer mensen aankloppen bij instanties zoals de Sociale Dienst gebeurt dit vaak wel: je hele leven wordt onder de loep gelegd en je moet je verantwoorden voor je problemen. Een tekort aan (zelf)respect gaat vaak hand in hand met emoties als schaamte en vernedering.

Voedselbanken / armoede


In NL leven er 1,2 miljoen mensen onder armoede grens, hiertoe behoren 350.000 kinderen. Er zijn 135 voedselbanken in Nederland, die jaarlijks 1,2 miljoen voedselpakketten uitdelen waarvan 60.000 tot 70.000 mensen kunnen eten. In Nederland zijn nu 300.000 werkende amen. Dit is een redelijk nieuw begrip: vroeger was je met name arm als je niet werkte of niet kon werken. 
Tussen 1979 en 2012 zijn is het armoedepercentage van 4% naar 10% gegaan. 

De absolute definitie van armoede is vastgesteld door de Wereldbank en zegt dat je onder de armoedegrens leeft als je van minder dan 1 dollar per dag rond moet komen.

De beleidsmatige armoedegrens binnen Nederland is anders opgesteld en gebaseerd op het wettelijk bestaansminimum: (100% van het minimumloon).

Armoede is vaak een niet op zichzelf staan probleem: hier komen nog meer factoren bij kijken.
1) Eindjes niet goed aan elkaar weten te knopen.
2) Gezondheidsproblemen (zowel fysiek als psychisch)
 3) Functioneel analfabetisme --> moeite hebben met het invullen van formulieren e.d.
4) Sociale uitsluiting
5) Het gevoel niet heel nuttig te zijn voor de samenleving
6) Schaamte & trots
7) Aantasting van het privé leven --> niet kunnen deelnemen aan leuke dingen
8) Confrontatie met bureaucratie.

Arme mensen leven 4 tot 6 jaar korter. Dit is bijzonder schokkend en met name te wijten aan stress en gezondheidsklachten die voortkomen uit stress en minder goede medische zorg.

Wil je iets aan het probleem doen, is de beeldvorming heel belangrijk. Het probleem wordt geïndividualiseerd: het probleem ligt bij jezelf. Dit is bijzonder kwetsend en generaliserend, want niet iedereen kiest ervoor om in een bepaalde situatie terecht te komen. De vooroordelen over deze doelgroep worden door veel burgers en de media gereproduceerd: bijvoorbeeld door berichten over fraude te publiceren. De beeldvorming wordt mede hierdoor en het ontbreken van direct contact in stand gehouden.
Ook het feit dat de belangen van deze doelgroep nauwelijks terugkomen in de politiek houdt deze balans in stand. Zo zijn partijen als de VVD gericht op belastingverlaging voor mensen met een hoog inkomen, waardoor deze groep op deze partij zal stemmen en andere partijen lastiger 'aan de macht' kunnen komen. Het is dan volgens meneer Garbiels ook niet uitgesloten dat stakingen en rellen zoals de laatste jaren gezien in Frankrijk, Spanje en Engeland ook hier zullen voorkomen.

Het college was bijzonder interessant, met name omdat hierbij resultaten werden gegeven die naar voren zijn gekomen in jaren van onderzoek.
Dingen die we zeker kunnen meenemen naar de manifestatie zijn het proberen veranderen van de algemene beeldvorming van Nederlanders over deze doelgroep, bijvoorbeeld door het direct contact te leggen met de doelgroep. Ook het stukje politieke bewustwording willen we iets mee doen; hoe we dit willen vormgeven zal  in de loop van de komende weken verder uitgedacht worden. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten